Prof. Dr. Ad Vingerhoets

Muziek en Emotie

Een jaar geleden maakten wij voor ons radioprogramma On Top of Blues een uitzending jankend het jaar in. Tijdens ons zoekwerk naar materiaal voor deze uitzending kwamen we de naam van prof. dr. Ad Vingerhoets tegen, psycholoog, hoogleraar Emoties en Welbevinden en een internationaal deskundige op het gebied van o.a. huilen. Omdat muziek wat ons betreft alles te maken heeft met emotie namen we contact met hem op voor een interview in Dé Blueskrant. Ad was meteen enthousiast aangezien er volgens hem op het gebied van muziek en emoties nog de nodige discussies en onderzoeken nodig zijn.

Charles Darwin schrijft in zijn boek in 1872 – The Expression of the Emotions in Man and Animals – dat het uiten van emoties belangrijk is voor onze soort is maar dat het vergieten van emotionele tranen geen enkel doel dient. Deze conclusie van Darwin is voor Em. prof. dr. Ad Vingerhoets, hoogleraar Emotie en Welbevinden, één van de redenen om wetenschappelijk onderzoek te gaan doen naar huilen.

Ad Vingerhoets behaalt zijn master en doctoraat aan de Universiteit van Tilburg in Nederland. Zijn onderzoekswerk is gewijd aan stress en emotie in relatie tot gezondheid. Zijn speciale interesses zijn huilen bij volwassenen, het (niet) uiten van emoties, heimwee, nostalgie, kwaliteit van leven en lijden.
Hij schrijft en redigeert in de loop der jaren vele boeken en er verschijnen van zijn hand meer dan 300 artikelen in [inter]nationale tijdschriften en boeken.

Onderzoek

Ad en zijn team starten het onderzoek met een uitgebreide vragenlijst. Ze krijgen ook in het buitenland de mensen enthousiast en verzamelen uiteindelijk in 37 landen gegevens van 5500 respondenten.
“We vroegen de mensen echt het hemd van het lijf: herinner je je de laatste keer dat je hebt gehuild, waar was je, hoe laat was het, wie was er bij je, wat gebeurde er, wat was de aanleiding, hoe reageerden de anderen, welke emoties ervoer je? Dat was al een heel aardig uitgangspunt en vervolgens is het echt alle kanten op gegaan. Eén onderzoekslijn concentreerde zich op de vraag of huilen oplucht en of het gezond is? Een andere lijn concentreerde zich op het verschil tussen mannen en vrouwen en in het algemeen de samenhang met onder andere persoonlijkheid. Momenteel onderzoeken we hoe wij nu eigenlijk kijken naar mensen die huilen. In de populaire literatuur wordt vaak gezegd dat iemand die huilt zwak is maar het blijkt juist dat we mensen die met een legitieme reden huilen als betrouwbaar en eerlijk zien. Dat zijn mensen waar we mee van doen willen hebben en die vinden we ook geschikt voor betrouwbare beroepen. Dat roept natuurlijk de volgende vraag op, zijn ze ook daadwerkelijk betrouwbaarder? Ook dat hebben we onderzocht. We bedachten een ontzettende oersaaie en vervelende taak. We hadden 25 schermen vol lettertjes, in totaal 22.000 tekens. Daar moesten ze de letter N uitzoeken die slechts tweehonderd keer voor kwam. Voor elke N die ze vonden, kregen ze 5 cent dus ze konden € 10,- verdienen. Van die € 10,- die ze verdienden mochten ze zelf 10% houden en 90% moesten ze aan een goed doel schenken. Ze hoefden er niet aan te beginnen en mochten ophouden wanneer ze geen zin meer hadden. Het bleek dat mensen die meer geneigd zijn om te huilen ook meer geneigd waren om aan deze taak te beginnen en meer geneigd waren om voor het goede doel door te gaan. Dat was een interessant resultaat.”

Huilen en Helden

Huilen en de manier waarop wij er naar kijken is geografisch, cultureel en historisch gezien aan veranderingen onderhevig. Het hangt af van diverse factoren zoals bijvoorbeeld godsdienst, status, sociale druk en tegenwoordig ook de media.
“In de middeleeuwen kon een boer huilen wanneer zijn koe overleed maar een edelman of een ridder, zelfs al ging hij naar het schavot, mocht niet huilen. Later, in de 18e eeuw, ten tijde van het Sentimentalisme waren grote namen als Voltaire, Rousseau en Goethe bijvoorbeeld enorme brulapen. Het gekke is dat we stellen dat mannen niet mogen huilen maar dat door de tijden heen helden wel altijd huilden. Dat deed niets af hun imago mits ze daar een goede reden voor hadden zoals het verlies van een strijdmakker of heimwee. Tegenwoordig zie je dat ook in de sport, bijvoorbeeld bij voetballers, die laten regelmatig een traantje. En of ze nou winnen of verliezen, dat doet er eigenlijk niet toe, het wordt wel gewaardeerd. Wij hebben tijdens het WK 1998 in Frankrijk, toen het Nederlands elftal nog goed kon voetballen, een onderzoek gedaan. Nederland werd in de halve finale met penalty’s uitgeschakeld door Brazilië en veel van die spelers liepen op het veld te huilen. We hebben onderzocht hoe de Nederlanders daar naar kijken. Die waren daar heel positief over. We kregen reacties als wanneer ik daar bij was geweest, had ik ook gehuild of zo zie je maar dat het toch ook gewone mensen zijn. Je neemt jezelf als maatstaf: wat zou ik in die situatie doen? Het gaat dan niet alleen om het huilen zelf maar ook of wij het een gepaste reactie vinden. Het moeten in ieder geval geen krokodillentranen zijn. Wanneer dat vermoeden er is, keert zich dat als een boemerang tegen je.”

Mannen en Vrouwen

Volwassen vrouwen huilen vijf tot tien keer zo vaak dan mannen maar naarmate we ouder worden zien we opmerkelijke veranderingen. Ook hier liggen diverse oorzaken aan ten grondslag.
“Hormonen spelen zeker een rol maar daar waar we over het algemeen denken dat het vrouwenhormoon de drempel om te huilen verlaagd, denk ik eerder dat het mannelijk hormoon, testosteron, remmend werkt. Daar zijn meerdere aanwijzingen voor. Naarmate mannen ouder worden huilen ze schijnbaar gemakkelijker, het ligt voor de hand om dit aan testosteron toe te schrijven. Wanneer we nog een stapje verder gaan, zie je dat mannen met prostaatkanker en Anti-hormonale therapie echt heel emotioneel zijn. Bij mannen is dat, met het toenemen van de leeftijd, vrij eenduidig.

Wanneer we nog een stapje verder gaan, zie je dat mannen met prostaatkanker en Anti-hormonale therapie echt heel emotioneel zijn. Bij mannen is dat, met het toenemen van de leeftijd, vrij eenduidig. Bij vrouwen niet, daar zie je echt drie groepen. Bij een deel neemt het huilen toe, bij een deel blijft het gelijk en bij het derde deel neemt het af. Wat verder vaak vergeten wordt is simpelweg de blootstelling aan emotionele situaties. Vrouwen kijken naar een ander soort films, lezen, voor een deel, andere boeken en luisteren naar andere muziek. Ook in de beroepskeuze zijn er nog steeds veel meer vrouwen werkzaam in de gezondheidszorg waar je met allerlei ellende geconfronteerd wordt dan mannen. Je zou kunnen zeggen dat er bij mannen een soort angst voor verdriet is.”

Emotie en muziek

Het wonderlijke van muziek is dat we blijkbaar iets waar we heel verdrietig van kunnen worden, tegelijkertijd heel mooi kunnen vinden. Echte emoties hebben een functie. Die sturen je gedachten en vooral je gedrag en ze helpen je om in een bepaalde situatie op een adequate manier te reageren. De esthetische emoties, ten gevolge van bijvoorbeeld muziek, hebben die functie niet dus zijn het wel echte emoties, is het niet iets anders? Daar is nog veel discussie over en daar moet nog het nodige onderzoek naar gedaan worden.
“Zelf hebben wij een onderzoek gedaan onder mensen die op de top 2000 stemden. Daar deden zo’n 3000 mensen aan mee. We vroegen antwoord op vragen als welk nummer maakt je het meest verdrietig en welk nummer maakt je het meest vrolijk maakt: kortom wat roept de sterkste emoties op. Het bleek dat die emoties allemaal teruggingen naar de leeftijd tussen de tien en de vijftien jaar. Dat is de tijd dat je heel erg bezig bent om je eigen identiteit te ontwikkelen en heeft denk ik heel veel indruk gemaakt. Op de vraag welk nummer heeft je aan het huilen gemaakt kregen we 1200 verschillende antwoorden. Er was geen enkel nummer dat er echt uit sprong. Twee nummers, waaronder Papa van Stef Bos, werden zeven keer genoemd en de rest steeds één hooguit twee keer. Je ziet dat ieder lied bij iemand een sterke emotie opwekken. Dat kan te maken hebben met de specifieke situatie waar mensen in zitten, herinneringen, tekst of de muziek en de verdere context. Vervolgens kwam ik op de vraag welke nummers in alle leeftijdsgroepen bij zowel mannen als vrouwen er echt uitspringen. Dat waren er uiteindelijk maar zes en dat zijn dan ook de nummers die altijd hoog staan zoals Bohemian Rhapsody, Imagine, Hotel Californië, Stairway to Heaven, Piano Man en oh ja, Brabant ook. Toen ben ik gaan kijken wat in die verschillende leeftijdscategoriën nou echte mannenmuziek en echte vrouwenmuziek is. Ik heb daarvoor gekeken naar de nummers die bij mannen in hun top vijftig staan maar bij de vrouwen minstens honderd plaatsen lager. Daarbij keek ik onder andere naar hou oude de plaat was. In alle leeftijdsgroepen, ook jonger dan 18, bleken de mannen veel meer geïnteresseerd in die oude platen en dan met name de Rolling Stones, Metallica en AC/DC. Het lijkt erop dat mannen conservatiever zijn in de muziek want bij vrouwen zie je dat ze veel meer geïnteresseerd zijn in nieuwe fenomenen zoals Adele en Ed Sheeran.”

Prof. Dr. Ad Vingerhoets deed met zijn team onderzoek onder mensen die op de top 2000 stemden

Leven zonder muziek

Uiteraard denken we van niet, maar wij zijn natuurlijk geen wetenschappers. We zijn dan ook heel benieuwd naar Ad’s antwoord op de vraag of wij zonder muziek zouden leven.
“Heel moeilijk denk ik, iedereen houdt wel van een bepaalde soort muziek. Bij bouwvakkers staat altijd de radio aan en denk maar eens aan het idee van de oude Arbeidsvitaminen. Muziek is natuurlijk ook iets evolutionairs. Dat gaat ver terug. In de oudheid zijn er al voorwerpen gevonden waarvan we denken dat het muziekinstrumenten zijn geweest. Instrumenten die aanvankelijk bedoeld zijn om geluiden uit de natuur na te bootsen of om gemoedstoestanden op te roepen. Het is iets wezenlijks en het hoort wel bij de mens. Neem bijvoorbeeld ook het zingen en dan vooral samen zingen. Door de tijden heen zie dat bij ellende of rampspoed is of het voorbereiden op een oorlog, de mensen bij elkaar komen om samen te bidden, te huilen of te zingen: alledrie zaken om de sociale cohesie te bevorderen en de onderlinge band te versterken. Op die momenten dat het nodig is doen we dat soort dingen.”

Lucht huilen op?

“Dat hangt af van een aantal zaken. Je moet goed in je vel zitten. Iemand die depressief is zal best vaak huilen maar zal nooit zeggen dat het lekker oplucht. Dan de specifieke aanleiding. We hebben onderscheid gemaakt in controleerbare en oncontroleerbare situaties, respectievelijk bijvoorbeeld een conflict of het overlijden van iemand. In controleerbare situaties vonden we meer mensen die zich beter voelden na het huilen dan in de oncontroleerbare situaties. De derde factor, en dat was heel evident, hoe reageren anderen? Wanneer die met begrip reageren en een arm om je heen slaan, dan voel je je beter. Worden ze echter boos of lachen ze je uit, dan is de opluchting ver te zoeken. Zo eenvoudig is het.”

Ad Vingerhoets is inmiddels officieel twee jaar met pensioen maar hij vindt het moeilijk om te stoppen. Hij is nog steeds betrokken bij onderzoeken en geeft regelmatig lezingen. Welke muziek raakt hemzelf?
“Mijn vrouw en mijn dochter zongen bij een koor het nummer Conquest of Paradise, een nummer waar ik nooit bij heb hoeven huilen maar toen, in die situatie en omdat zij daarbij waren wel. En Stairway to heaven in de live uitvoering van Heart in het Kennedy Centrum, ik moet zeggen dan houd ik het amper droog.”

Meer informatie over prof. dr. Ad Vingerhoets: www.advingerhoets.com