Troy Redfern | Gooit olie op het vuur met The Fire Cosmic

Bluesgitarist en singer-songwriter Troy Redfern combineert de rauwheid van Hound Dog Taylor, de vrije vorm van Sonny Sharrock, het opzwepende spel van Johnny Winter en de techniek van Dave Hole. Een bundeling van krachten waarin zelfs de geest van Elmore James vrijelijk rondwaart. Troy Redfern wordt in de muzikale wandelgangen de Britse ‘King of Slide Guitar’ genoemd. Vanaf 12-jarige leeftijd laat hij zich beïnvloeden door vroege Amerikaanse bluespioniers en de rockiconen van de jaren ‘70 en ’80. Hij tourt en deelt het podium met Dr. Feelgood en Robert Plant en vergaart al snel een trouwe schare fans.

De jonge Troy groeit op in de schaduw van Hergest Ridge op de grens van Wales en Engeland. Mike Oldfield trok in 1974 al naar deze magische omgeving en schreef daar het album ‘Hergest Ridge’, de opvolger van zijn veelgeprezen debuutalbum Tubular Bells. Het huis ‘The Beacon’ waar hij destijds verbleef is sindsdien een geliefd vakantieoord voor de échte Oldfield fan. Deze Welshe grenzen – ruwweg dat gebied tussen Hay-on-Wye, Brecon en Hereford- roepen misschien niet helemaal de boeiende geografie en het klimaat op van bijvoorbeeld de Amerikaanse staat Louisiana maar er is iets met de vrijheid van dat gebied, iets dat perfect in de wereld van Troy Redfern past. Hij is een gepassioneerde, intense, vrijgevochten indie-bluesartiest die zijn woeste slide-gitaarstijl, tijdloze thema’s en ideeën naar zijn eigen hand zet. Ook al is hij geboren aan de Engelse kant van de grens van Wales en Engeland, hij leefde ook ruim twintig jaar in Wales. Is er een verschil tussen een Engelsman en een Welshman, is onze eerste vraag aan Troy wanneer we ons interview starten. “De Welshman koesteren een enorme liefde voor hun land”, weet Troy te vertellen. “Zij zijn trots op hun afkomst en nationalistisch van aard. Wanneer je op de grens bent geboren zoals ik, identificeer je je daar niet zo mee, ik geef er ook niet zoveel om eerlijk gezegd. Waar je wieg staat, ben je geboren, het is een vluchtig moment in de tijd. De Engelsen hebben ook hun trots natuurlijk maar de Welshman hebben een speciaal soort trots en koesteren hun tradities zoals de befaamde mannenkoren. Zo heeft iedereen zijn hobby’s natuurlijk.” Troy’s antwoord klinkt wat onverschillig, maar dat is hij allerminst.  

Photo Credit: © Rob Blackham

“zo vaak mogelijk muziek luisteren en absorberen”

Troy heeft zijn research gedaan en zoekt naar zijn kracht in de duizelingwekkende rijke Amerikaanse muziekgeschiedenis. “Als kind dompelde ik me al snel onder in de Amerikaanse muziekcultuur. In de jaren zestig keken de Rolling Stones ook naar Amerika en namen dat mee terug naar Engeland en andersom. De band Queen is misschien de uitzondering op mijn Amerikaanse muziekregel. Toen ik een jaar of zes was werd ik een enorme Queen fan. Er zijn daarnaast nog wel meer Britse bands waar ik van houd maar de Amerikaanse cultuur heeft me altijd meer gefascineerd dan de Britse. Ik vind het interessanter en fascinerender. Het land en hun cultuur is breed uitgemeten in films en tv-series maar we zagen natuurlijk vooral een geromantiseerde versie door de ogen van een filmmaker. Vooral de muziekcultuur zoals soul, blues en rock ’n roll heeft daar zijn wortels en een enorme invloed gehad op de Britse muziek. Ik vind al die muzieksoorten mooi maar als we het over blues hebben gaat mijn voorkeur uit naar de Hill Country Blues van bijvoorbeeld R.L. Burnside, Fred McDowell, Hound Dog Taylor, de muziek uit dat gebied vind ik het meest authentiek. Het is de rauwheid in de stem, het gitaarspel en het sterke individuele karakter dat hen zo uniek maakt, niemand anders klinkt zo. Ik luister daar nog steeds heel graag naar. Wanneer je zo’n album opzet weet je meteen waar het vandaan komt. De Texaanse Albert Collins heeft dat trouwens ook, hij is

Photo Credit: © Haluk Gurer

altijd herkenbaar. Chicago Blues is ook fantastisch maar al veel gepolijster en zeker geen Frank Zappa waar ik ook gek op ben. Hij heeft mijn muzikale wereld écht geopend en me geïntroduceerd aan een scala aan diverse muzieksoorten. Ik voel me net zo goed aangetrokken tot die fusion muziek als tot de blues. Ik was denk ik zestien toen ik Stravinsky, Clarence Gatemouth Brown en Guitar Slim ontdekte en uiteraard Zappa’s gitaristen Adrian Belew en Steve Vai, dat was een wereld op zich. En dan natuurlijk de Classic Rock van Deep Purple, Led Zeppelin en al die andere bands. Ik vind het gezond om een ‘open mind’ te houden, wanneer je van muziek en muziek maken houdt dan wil je gewoon zo veel en zo vaak mogelijk muziek luisteren en absorberen. Wat deze mannen voor mij interessant maakt is -los van hun fantastische stem en gitaarspel- is hun eigen identiteit. Dan ben je niet alleen muzikant maar dat maakt je artiest en dat is voor mij altijd mijn doel geweest. Wat je ook doet, het moet een eigen persoonlijkheid hebben.”

“ideeën vangen en hopen dat er wat gebeurt”

De 7-jarige Troy -helemaal gek van Queen op dat moment- stapt op de basisschool naar zijn muziekleraar en zegt vastberaden; ik wil een band beginnen met een paar vriendjes. Zijn muziekleraar heeft geen idee wat hij voor ogen heeft en kan hem niet verder helpen waardoor Troy’s vurige droom in de ijskast belandt. Op het voortgezet onderwijs laat Troy deze droom rap ontdooien en begint in diverse bandjes te spelen. Sindsdien blijft hij op zijn zelf geplaveide pad en weet dat pad gaandeweg aanzienlijk te verbreden. Al snel wordt duidelijk dat Troy een muzikaal visionair is die niet bang is om grenzen te verleggen. Hij is een gitarist voor wie toon, gevoel en grooves zijn werkinstrumenten zijn. Zijn muziek is fysiek, boeiend, emotioneel en gaat gepaard met virtuoze solo’s. In de studio functioneert de multi-instrumentale slide-gitarist en producer als eenmansband die nauwgezet aandacht besteedt aan details. In 2013 maakt de wereld voor het eerst kennis met de Troy wanneer hij het album Werewolf Etiquette uitbrengt. “Ik heb veel albums uitgegeven maar ik was nooit helemaal tevreden met het resultaat. Het was nooit helemaal af en het kon altijd beter. Waarschijnlijk heel herkenbaar voor muzikanten”, zegt de langharige, onbevreesd ogende rocker. “Het is een constante strijd en daar was ik op een gegeven moment ziek van. Er moest een album komen dat er echt uitsprong, voor mezelf en voor mijn carrière, alles moest naar een hoger level. Ik had demo’s opgenomen zoals ik normaal gesproken een album uit zou brengen, dus alles was uitgeschreven. Maar voor mij geldt, net als voor veel anderen, dat je voor een idee geïnspireerd moet raken. Sommige schrijvers, bijvoorbeeld Nashville schrijvers, kunnen heel methodisch een nummer schrijven, het is bijna fabriekswerk, ze kunnen aan één stuk door schrijven. Dat kan ik niet. Ik moet gewoon gaan zitten, spelen, uitproberen, ideeën vangen en hopen dat er wat gebeurt. Tijdens het schrijven van de arrangementen kwam het moment dat ik besloot dat de nummers strak en compact moesten worden met een pakkende chorus. Ik had het geluk dat ik de melodieën en de teksten waar ik mee bezig was mooi genoeg vond, al blijft het een snapshot van die vier maanden waarin ik aan het schrijven was. Ik wilde de studio in om het uit te werken en de eerste die ik belde was drummer Darby Todd [red: The Darkness, Robben Ford, Martin Barre, Paul Gilbert] die ik in Polen op een festival had ontmoet. We raakten destijds aan de praat en aan het eind van het gesprek zei hij, wanneer je een drummer nodig hebt geef gerust een gil. Zo gezegd, zo gedaan en Darby zag het helemaal zitten. Hij stelde Dave Marks voor als bassist. Zij hadden al eens samengewerkt als ritmesectie en wisten daardoor sowieso op elkaar aan te sluiten. Ik heb ze de demo’s opgestuurd, we hebben wat arrangement-ideeën uitgewisseld en zonder vooraf te oefenen tikten we af. Dat is het voordeel van werken met muzikanten van dat niveau.”

“Het is nog steeds bluesrock maar met een moderne sound”

Met dit duo duikt Troy de Rockfield Studios in. Een droom die uitkomt voor Troy, aangezien zijn helden van de band Queen ook in deze studio opnamen, waaronder het album Sheer Heart Attack [1974] gevolgd door A Night At The Opera [1975] met daarop de legendarische single Bohemian Rhapsody. Maar ook Oasis, Rush, Black Sabbath, Mike Oldfield, Motörhead, Foghat, Robert Plant, The Cult, Iggy Pop en vele anderen gingen Troy voor. “Rockfield heeft een fantastische reputatie vooral voor zijn drumruimtes, daar werden talloze fundamenten gelegd voor iconische albums. Ik wist al heel lang dat wanneer ik een volgend album op zou gaan nemen, dat het in Rockfield Studios moest gebeuren. Ik ben zo blij dat we daar zijn gaan opnemen want ook de anderen waren enthousiast en opgewonden vanwege die mythische verhalen over al onze voorgangers. Het geeft een bijzondere energie en dat hoor je 100 procent terug in de opnames”, verzekert de enthousiaste Troy ons. “Producer Paul ‘Win’ Winstanley komt uit de hoek van de rockproducties en ik heb hem zijn gang laten gaan. Ik zou wel zien wat het resultaat was, ik ben blij dat ik dat heb gedaan. Het is nog steeds bluesrock maar met een moderne sound. Er staan een paar zware tracks op maar ook wat lichter en akoestisch werk. Het is een album geworden met een mooi breed spectrum. Toen we alles hadden opgenomen was ik zo enthousiast dat ik dacht; nu ben ik al zover gekomen, waar ga ik deze opnames laten masteren?

Photo Credit: © Rob Blackham

Ik kon eigenlijk alleen maar naar Abbey Road Studios want zij zijn de beste in de wereld als het om masteren gaat. Ik heb grondige research gedaan naar de mannen die daar werken en ik kwam uit bij Frank Arkwright die gewerkt heeft met System of a Down, Biffy Clyro, Coldplay, Snow Patrol, The Killers maar ook met ABBA. In mijn ogen had hij het beste en meest brede portfolio en ik ben blij dat ik met hem heb gewerkt. Het is heel subtiel wat hij doet tijdens de mastering maar hij verbindt alles met elkaar. Hij heeft dit album, The Fire Cosmic van de nodige glans voorzien.”

“The Cosmic Fire wilde ik op gepaste wijze releasen”

Gitarist Ron ‘Bumblefoot’ Thal [Guns ‘N Roses, Asia, Sons of Apollo] maakt op het nummer ‘On Fire’ zijn opwachting. De kers op de taart voor het nieuwe album dat Troy de nodige airplay en de grote stap voorwaarts moet brengen waar hij zo naar smacht. “Ron ‘Bumblefoot’ Thal is echt een ontzettend aardige man, ik ontmoette hem op hetzelfde festival in Polen waar ik ook Darby ontmoet heb. Ik durfde hem een berichtje te sturen en vroeg hem of hij een solo wilde spelen op mijn album. Hij zij direct: ‘ja, stuur me de track maar op’. Binnen twee dagen stuurde hij me de track terug met een fantastische gitaarsolo. Hij is een te gekke gitarist, zo creatief en inventief. Sommige gitaristen zijn nogal steriel en zijn vooral bezig met snelle noten maar ‘Bumblefoot’ maakt alles interessant.” Troy knikt uitbundig en vol trots vertelt hij verder over zijn nieuwe album dat in februari 2020, net voor de pandemie wordt opgenomen. Kort daarna doet Troy een UK-tour van zes weken, waarvoor hij een album nodig heeft om te kunnen verkopen tijdens de shows. Het album The Fire Cosmic is nog niet afgerond en Troy moet iets verzinnen om mee op pad te kunnen nemen. Uiteindelijk is de COVID-19 periode voor Troy Redfern ondanks alles een zeer productieve periode want hij brengt in 2020 meerdere albums uit.

“The Fire Cosmic wilde ik absoluut bewaren voor na de pandemie, daar had ik zoveel tijd en geld aan besteed, dat wilde ik op gepaste wijze releasen en niet stilletjes want dan zou ik ook mijn geld niet terug kunnen verdienen. Omdat ik een thuisstudio heb neem ik veel op en zet die opnames weg voor later, dat doe ik eigenlijk constant waardoor ik materiaal in overvloed heb. Hieruit heb ik nummers geselecteerd voor een album dat ik tijdens de tour kon aanbieden, ‘Raging Heart’ werd de titel. Die UK-tour was echt een stap in de goede richting voor me en om daarna in de picture te blijven heb ik gedurende het jaar 2020 het één en ander uitgebracht. Het album Island heb ik opgenomen tijdens de lockdown, met allemaal nieuw materiaal: ik wilde een akoestisch album uitbrengen en een improvisatie album. Het album Thunder Moon is zelfs een instrumentaal album geworden. Ik maakte me daar wel een klein beetje zorgen over want het is geen blues. Ik heb getwijfeld of ik het uit wel zou moeten uitbrengen. Niet iedereen zou het misschien begrijpen. Ik heb het toch gedaan en vreemd genoeg verkocht dat album beter dan de andere albums. Het is fijn om te ontdekken dat de mensen die mijn muziek mooi vinden niet van me verwachten dat ik vastzit aan één stijl, dat geeft een gevoel van vrijheid voor de toekomst.”

“Het is natuurlijk goed om vooral op jezelf te vertrouwen”

Na deze creatieve uitspattingen van de Engelse slidemeester kan het album The Cosmic Fire niet langer op de plank blijven liggen. Zeker niet wanneer bekend wordt dat Troy met Robert Jon & the Wreck mee op tour kan en zijn opwachting maakt tijdens de aankomende UK Tour van The Quireboys, die een aantal feestjes geven ter ere van het 30-jarig bestaan van hun debuutalbum A Bit of What You Fancy. Troy heeft er veel zin in en zijn droom lijkt nu écht waarheid te worden. Troy heeft letterlijk de olie op het vuur gegooid want The Fire Cosmic is het heetste album dat Troy tot nu toe gemaakt heeft. “The Cosmic Fire bevat een groot deel van wat ik tijdens het maken van dit album heb geleerd, maar vooral alles wat ik in de afgelopen jaren heb geleerd. Ik had een fantastisch team om me heen, dat heb ik nooit eerder gehad.

Photo Credit: © Haluk Gurer

Wanneer je zo’n fantastisch team om je heen hebt tilt het je project naar een hoger niveau omdat zij de dingen die zij doen beter kunnen dan dat ik dat kan. Het is natuurlijk goed om vooral op jezelf te vertrouwen omdat je aan het het eind van het liedje dan ook zelf verantwoordelijk bent. Zo kan je niemand de schuld geven wanneer het mis gaat. Maar ik heb tijdens dit project echt geleerd om dat uit handen te geven en dat maakt het album zoveel beter. Met de volledige band gaan we dat laten horen tijdens de aankomende shows met Robert Jon en The Quireboys.”

Troy Redfern

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.